Leven met intensiteit: de gevoeligheden bij hoogbegaafden

15 december 2019

Vorige week viel het boek 'Leven met intensiteit' op de deurmat, een prachtig boek dat de gevoeligheden bij hoogbegaafden goed belicht vanuit de theorie van de Poolse psychiater Dabrowski.

Ik merk dat hoogbegaafdheid nog vaak wordt gezien als iets cognitiefs, slim zijn, 'goed' kunnen leren, maar het gaat veel verder dan dat. Het is een manier van ‘zijn' en is onderdeel van verschillende stukjes van je persoonlijkheid. Dit komt door de gevoeligheid en alertheid op meerdere gebieden.

Hoogbegaafde kinderen beleven de wereld als heel intens, je kunt je misschien wel voorstellen dat hierdoor prikkels heel snel worden opgepikt, dit is een proces dat de hele dag doorgaat en ook niet uit te schakelen is. In het boek wordt de vergelijking gemaakt tussen de hyperprikkelbaarheden en televisiekanalen. De meeste mensen kunnen , zeg, 10 kanalen ontvangen. Hoogbegaafde kinderen hebben soms een schotel en HD (high definition): zij ontvangen en reageren op signalen die de meeste anderen niet kennen en waarvan zij zich zelfs geen voorstelling kunnen maken. Het is lastig om meerdere zenders tegelijk te volgen, laat staan dat men honderden zenders tegelijk zou moeten verwerken via de satellietschotel.

Wanneer deze verwerking niet goed gaat ontstaat er overprikkeling. Sommige kinderen trekken zich terug, zijn stil, dit zijn kinderen die minder snel op zullen vallen in bijvoorbeeld de klas.

Overprikkeling is voor de buitenwereld sneller te zien bij kinderen die boos worden, gedrag laten zien dat de aandacht trekt. We zijn snel geneigd om dit gedrag te labelen als ongepast, vervelend, niet acceptabel etc. Maar eigenlijk vertellen deze kinderen gewoon dat hun emmer vol zit en hebben even geen mogelijkheden om dit in goede banen te leiden.

Dabrowski heeft het over 5 overexitabilities of ook wel 5 hyperprikkelbaarheden:

  1. De psychomotorische gevoeligheid (vaak gekenmerkt door een grote hoeveelheid fysieke energie, de focus ligt vooral bij doen)
  2. De zintuigelijke gevoeligheid (zien, horen, aanraken, proeven, beelden, muziek, objecten etc leveren een heftige en rijke zintuigelijke reactie op)
  3. De intellectuele gevoeligheid (er is een sterke wil tot willen weten, een soort leerhonger)
  4. De verbeeldende gevoeligheid (gedachten en gebeurtenissen hangt vaak samen met een voorliefde voor fantasie)
  5. De emotionele overgevoeligheid (intense gevoelens manifesteren zich in extreme, complexe, positieve en soms negatieve manieren)

Wanneer ik deze hypergevoeligheden vertaal naar een klassensituaties, wat zie je dan en wat kun je dan als leerkracht?

Psychomotorische gevoeligheid
Wat kun je zien:

  • een leerling met veel energie
  • enthousiast
  • graag willen, gedreven
  • competitief

Maar ook wanneer er onvoldoende ruimte geboden wordt voor deze gevoeligheid:

  • impulsief
  • ontwikkelen van tics
  • veel onrust

Ze hebben een leerkracht nodig die deze hypergevoeligheid labelt als iets positiefs, ik wou dat ik jouw energie had zeg!

  • vermijd activiteiten waar te lang stil gezeten moet worden(of we hebben nu ook wel heel lang stil moeten zitten, ik merk dat we even in beweging moeten)
  • betrek de leerling bij een fysieke taak.

Zintuigelijke gevoeligheid
Wat zie je:

  • genieten van muziek, geuren, kleuren, smaken, dingen voelen
  • opmerkzaam voor de omgeving

Maar ook:

  • overprikkeling door alle informatie die ze krijgen gedurende de dag
  • niet tot werken kunnen komen door het geluid dat de computer achter hen maakt(soms voor een ander bijna niet te horen)
  • niet om extra uitleg vragen, want dan komt de juf achter mij staan en die ruikt naar koffie(sommige kinderen vinden dit echt vreselijk)

Wat kun je als leerkracht betekenen:

  • probeer er geen oordeel over te vellen
  • maak een plan met de leerling voor wanneer er te veel prikkels zijn(waar kan hij zitten, gebruik van hulpmiddelen etc In het Vollehoofdenboek staan ook nog mooie tips om samen met de leerling door te nemen.

Intellectuele gevoeligheid
Wat zie je:

  • een ontembare nieuwsgierigheid (hoeft niet overal zo van toepassing te zijn)
  • komen op nieuwe ideeën/oplossingen
  • kunnen zich echt vastbijten in iets om tot een oplossing te komen
  • creatief en kritisch denken

Maar ook:

  • een vol hoofd hebben door alle vragen die er zijn
  • soms te impulsief reageren waardoor er niet altijd ruimte is voor de ander
  • missen van ontwikkelingsgelijken
  • moeite met automatiseren

Wat kun je als leerkracht betekenen:

  • help kinderen de antwoorden op hun eigen vragen te vinden
  • sta kinderen toe om zelf onderwerpen aan te dragen voor een werkstuk
  • zorg voor voldoende uitdaging (compact en verrijk in overleg met de leerling)
  • leg vooral niet de nadruk op prestatie maar op proces

Verbeeldende gevoeligheid
Wat zie je:

  • beeldend taalgebruik
  • creatief denkproces
  • fantasierijk
  • gedetailleerd denken en visualiseren

Maar ook:

  • dagdromen
  • te veel out of the box denken bij een opdracht
  • te veel leven in een fantasiewereld naast de echte wereld

Wat kun je als leerkracht betekenen:

  • voorzie in de gelegenheid om te ontwerpen en uit te vinden
  • bied open opdrachten aan
  • moedig kinderen aan hun fantasie uit te wisselen
  • Voorzie in mogelijkheden tot creatieve expressie, schrijven, tekenen, acteren, dansen, ontwerpen, bouwen etc

Emotionele gevoeligheid
Wat zie je:

  • anderen goed aanvoelen
  • zich goed kunnen inleven/invoelen in een ander
  • intens ervaren van emoties

Maar ook:

  • emotionele reacties kunnen op anderen sterk overkomen, waardoor er niet altijd begrip is.
  • gevoelig voor bevestiging of afwijzing van anderen
  • last van spanningen/stemmingen van een ander waardoor kinderen kunnen klagen over hoofdpijn, buikpijn, slaapproblemen thuis.
  • vaak eenzaam voelen

Wat kun je als leerkracht betekenen:

  • accepteer alle gevoelens
  • help de leerling begrijpen dat het niet verantwoordelijk is voor de gevoelens van een ander
  • benadruk het sterk empathisch vermogen als iets positiefs
  • wees je als leerkracht bewust van je non-verbale signalen
  • zorg dat je authentiek bent, zo niet dan verlies je het vertrouwen van de leerling
  • ga gelijkwaardig met elkaar om, vermijd autoritair gedrag
  • maak gevoelens bespreekbaar, ook die van jezelf

Delen...

Deze website gebruikt cookies. Door gebruik te maken van deze website, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies.   Privacystatement  >

Akkoord